Archive

Blaasontsteking (m)

Wat is het?

Een blaasontsteking of urineweginfectie is een infectie van de urinewegen die ontstaat als er teveel bacteriën in je plasbuis en in je blaas terechtkomen. Hierdoor raakt het slijmvlies van je blaas en/of urinebuis ontstoken. Dit moet altijd goed onderzocht worden door een arts. Ga daarom altijd naar de huisarts als er een vermoeden is van een blaasontsteking.

Oorzaken

Een blaasontsteking kan ontstaan omdat iemand niet goed uit plast. Als je bekkenbodem en de sluitspier van de blaas niet goed kunnen ontspannen, is het lastig om je blaas leeg te krijgen. We spreken dan van een overactieve bekkenbodem. Bij mannen kan een residu ook veroorzaakt worden door een vergrote prostaat. Er blijft een steeds grotere hoeveelheid urine in je blaas achter. De blaas rekt daardoor steeds meer uit. Mannen die veel residu houden na het plassen, moeten soms katheteriseren. Je maakt dan zelf je blaas leeg met hulp van een katheter.

Hoe behandelen wij?

Wanneer je met klachten van niet goed uitplassen in combinatie met een blaasontsteking bij ons expertisecentrum komt, stellen we een behandelplan op met de bekkenfysiotherapeut. Je kunt een plasdagboek bijhouden; de bekkenfysiotherapeut kijkt dan samen met jou naar dit dagboek en geeft adviezen over plastechnieken en blaastraining. Met functionele bekkenechografie kunnen we kijken hoe vol je blaas is en of je goed leeg kunt plassen. Om de zenuwen en spieren die bij het legen van je blaas betrokken zijn beter te laten functioneren, kunnen we ook werken met biofeedback. Een andere optie is elektrostimulatie , zodat je beter voelt wanneer je naar de wc moet en je blaas niet te vol wordt. Afhankelijk van klachten binnen andere domeinen kunnen we voor het beste resultaat ook andere zorgdisciplines inzetten. Doe de test en neem eventueel contact op.

Blaaspijn

Wat is het?

Interstitiële cystitis (IC), ook wel het blaaspijnsyndroom genoemd, is een ontsteking van je urineblaas die niet door bacteriën wordt veroorzaakt. IC lijkt op een telkens terugkerende blaasontsteking. Echter, bij onderzoek worden er in je urine geen aanwijzingen gevonden die kunnen duiden op een blaasontsteking met bacteriën. Hoewel bacteriën wel aanwezig kunnen zijn, zullen ze bij IC geen rol van betekenis spelen en slaat behandeling met antibiotica niet aan. De oorzaak van IC is nog niet bekend.

Klachten

Mensen met blaaspijnsyndroom hebben vaak een combinatie van klachten. Vaak is er pijn naarmate de blaas voller wordt en die pijn kan uitstralen naar bekken, rug, liezen en flanken. Mensen met deze klachten moeten vaak plassen, ook ’s nachts, in kleine beetjes of ze hebben een continue pijnlijke aandrang tot plassen. Plassen kan pijn geven in de plasbuis, maar kan ook een opgelucht gevoel geven. De pijn wordt vaak omschreven als een drukkend gevoel in de onderbuik. Dit kan gepaard gaan met stekende pijn in de schaamstreek. Hierdoor kan gemeenschap pijnlijk of zelfs onmogelijk worden.

De klachten van IC kunnen zonder duidelijke aanleiding ontstaan. De klachten kunnen geleidelijk erger worden. De pijn kan aanhoudend of juist afwisselend zijn.

Hoe behandelen wij?

Wanneer je met blaaspijnklachten bij ons expertisecentrum komt, stellen we een behandelplan op met de bekkenfysiotherapeut. De bekkenfysiotherapeut kan samen met jou kijken naar je pijnklachten. Dit doen we op lokaal, regionaal en totaal niveau. Afhankelijk van je klachten stellen we een behandelplan op door gebruik te maken van functionele bekkenechografie , Redcord en/of MAPLe . Afhankelijk van klachten binnen andere domeinen kunnen we voor het beste resultaat ook andere zorgdisciplines inzetten. Doe de test en neem eventueel contact op.

Gevoel dat blaas niet leeg is (m)

Wat is het?

Urineretentie is het onvermogen om je blaas volledig of gedeeltelijk te legen. Als je last hebt van urineretentie, kun je misschien niet beginnen met plassen. En als dat wel goed gaat, ben je misschien niet in staat om je blaas helemaal te legen. Je kunt nog wel plassen, maar de blaas wordt niet meer volledig leeg geplast. Blijft er urine achter, dan noemen we dat een residu.

Het gevoel niet goed leeg te zijn na het plassen is heel vervelend. Er blijft een zeker gevoel van aandrang. Niet goed leegplassen kan ook leiden tot veelvuldige blaasontstekingen en dat is niet fijn. Ook kan het zijn dat je even moeten wachten voordat je urinestroom op gang komt, er kan sprake zijn van een zwakke urinestraal die herhaaldelijk stopt. Soms voelt iemand niet wanneer de blaas vol is en ontstaat er een grotere druk op de buik. Sommige mensen voelen geen aandrang om te moeten plassen en moeten persen om te kunnen plassen. Anderen moeten juist vaak plassen, dat kan zowel overdag als ’s nachts zo zijn.

Oorzaken

Als er sprake is van een blokkade (bijvoorbeeld nierstenen), kan je urine niet vrij door de urineweg stromen en spreken we van obstructieve urineretentie. Niet-obstructieve oorzaken zijn onder meer een zwakke blaasspier en zenuwproblemen die de signalen tussen je hersenen en je blaas verstoren. Als de zenuwen niet goed werken, is het mogelijk dat je hersenen geen signaal ontvangen als de blaas vol is.

Als je bekkenbodem en de sluitspier van de blaas niet goed kunnen ontspannen, is het lastig om je blaas leeg te krijgen. We spreken dan van een overactieve bekkenbodem. Bij mannen kan een residu ook veroorzaakt worden door een vergrote prostaat. Er blijft een steeds grotere hoeveelheid urine in je blaas achter. De blaas rekt daardoor steeds meer uit. Mannen die veel residu houden na het plassen, moeten soms katheteriseren. Je maakt dan zelf je blaas leeg met hulp van een katheter.

Hoe behandelen wij?

Wanneer je met deze klachten bij ons expertisecentrum komt, stellen we een behandelplan op met de bekkenfysiotherapeut. Je kunt een plasdagboek bijhouden; de bekkenfysiotherapeut kijkt dan samen met jou naar dit dagboek en geeft adviezen over plastechnieken en blaastraining. Om de zenuwen en spieren die bij het legen van je blaas betrokken zijn beter te laten functioneren, kunnen we ook werken met biofeedback . Een andere optie is elektrostimulatie , zodat je beter voelt wanneer je naar de wc moet en je blaas niet te vol wordt. Afhankelijk van klachten binnen andere domeinen kunnen we voor het beste resultaat ook andere zorgdisciplines inzetten. Doe de test en neem eventueel contact op.

Gevoel dat blaas niet leeg is (v)

Wat is het?

Urineretentie is het onvermogen om je blaas volledig of gedeeltelijk te legen. Als je last hebt van urineretentie, kun je misschien niet beginnen met plassen. En als dat wel goed gaat, ben je misschien niet in staat om je blaas helemaal te legen. Je kunt nog wel plassen, maar de blaas wordt niet meer volledig leeg geplast. Blijft er urine achter, dan noemen we dat een residu.

Het gevoel niet goed leeg te zijn na het plassen is heel vervelend. Er blijft een zeker gevoel van aandrang. Niet goed leegplassen kan ook leiden tot veelvuldige blaasontstekingen en dat is niet fijn. Ook kan het zijn dat je even moeten wachten voordat je urinestroom op gang komt, er kan sprake zijn van een zwakke urinestraal die herhaaldelijk stopt. Soms voelt iemand niet wanneer de blaas vol is en ontstaat er een grotere druk op de buik. Sommige mensen voelen geen aandrang om te moeten plassen en moeten persen om te kunnen plassen. Anderen moeten juist vaak plassen, dat kan zowel overdag als ’s nachts zo zijn.

Oorzaken

Als er sprake is van een blokkade (bijvoorbeeld nierstenen), kan je urine niet vrij door de urineweg stromen en spreken we van obstructieve urineretentie. Niet-obstructieve oorzaken zijn onder meer een zwakke blaasspier en zenuwproblemen die de signalen tussen je hersenen en je blaas verstoren. Als de zenuwen niet goed werken, is het mogelijk dat je hersenen geen signaal ontvangen als de blaas vol is.

Als je bekkenbodem en de sluitspier van de blaas niet goed kunnen ontspannen, is het lastig om je blaas leeg te krijgen. We spreken dan van een overactieve bekkenbodem. Ook een verzakking van je blaas of baarmoeder kan ervoor zorgen dat je je blaas niet goed kunt legen. Vrouwen die veel residu houden na het plassen moeten soms katheteriseren. Je maakt dan zelf je blaas leeg met hulp van een katheter.

Hoe behandelen wij?

Wanneer je met deze klachten bij ons expertisecentrum komt, stellen we een behandelplan op met de bekkenfysiotherapeut. Je kunt een plasdagboek bijhouden; de bekkenfysiotherapeut kijkt dan samen met jou naar dit dagboek en geeft adviezen over plastechnieken en blaastraining. Om de zenuwen en spieren die bij het legen van je blaas betrokken zijn beter te laten functioneren, kunnen we ook werken met biofeedback . Een andere optie is elektrostimulatie , zodat je beter voelt wanneer je naar de wc moet en je blaas niet te vol wordt. Afhankelijk van klachten binnen andere domeinen , kunnen we voor het beste resultaat ook andere zorgdisciplines inzetten. Doe de test en neem eventueel contact op.

Moeilijk plassen (m)

Wat is het?

Moeilijk plassen en niet kunnen plassen zijn vervelende problemen waar je je best zorgen over kunt maken.  De klachten kunnen ook bestaan uit een minder krachtige urinestraal en/of een onderbroken straal, meer aandrang en vaker moeten plassen, nadruppelen, ‘s nachts vaker plassen, of het gevoel hebben dat je blaas niet leeg komt.

Oorzaken

Bij mannen kan het groeien van de prostaat aanleiding geven tot klachten met plassen. Ook levert een gespannen bekkenbodem vaak problemen met plassen op. Om je blaas en darmen goed te kunnen legen, is het belangrijk dat je bekkenbodemspieren op tijd ontspannen. Soms is dit moeilijk en spannen de spieren juist aan. De urinebuis vernauwt zich dan en de kringspier rond de anus gaat dicht. Heb je last van verstopping (obstipatie), dan kan de ontlasting ook tegen je plasbuis duwen waardoor het plassen moeizaam gaat.

Hoe behandelen wij?

Wanneer je met plasklachten bij ons expertisecentrum komt, stellen we een behandelplan op met de bekkenfysiotherapeut. Je kunt dan een plasdagboek bijhouden; de bekkenfysiotherapeut kijkt dan samen met jou naar dit dagboek en geeft adviezen over plastechnieken. Om de zenuwen en spieren die bij het legen van je blaas betrokken zijn beter te laten functioneren, kunnen we met biofeedback werken. Een andere optie is elektrostimulatie . Afhankelijk van klachten binnen andere domeinen kunnen we voor het beste resultaat ook andere zorgdisciplines inzetten. Doe de test en neem eventueel contact op.

Moeilijk plassen (v)

Wat is het?

Moeilijk plassen en niet kunnen plassen zijn vervelende problemen waar je je best zorgen over kunt maken. De plas komt niet in een keer of je moet meer moeite doen om te plassen, de plas komt niet vanzelf.

Oorzaken

Sommige plasproblemen zijn het gevolg van een verzakking. Tijdens het plassen ontspannen je bekkenbodemspieren zich, waardoor je blaas samentrekt en leeg kan lopen. Wanneer je blaas verzakt is of naar beneden hangt, kan dit tot plasproblemen leiden. Het is ook mogelijk dat de wand van je blaas minder elastisch of juist te elastisch is geworden. Hierdoor kan je blaas niet makkelijk legen. Ook levert een gespannen bekkenbodem vaak problemen met plassen op. Om je blaas en darmen goed te kunnen legen, is het belangrijk dat je bekkenbodemspieren op tijd ontspannen. Soms is dit moeilijk en spannen de spieren juist aan. De urinebuis vernauwt zich dan en de kringspier rond de anus gaat dicht. Heb je last van verstopping (obstipatie), dan kan de ontlasting ook tegen je plasbuis duwen waardoor het plassen moeizaam gaat.

Hoe behandelen wij?

Wanneer je met plasklachten bij ons expertisecentrum komt, stellen we een behandelplan op met de bekkenfysiotherapeut. Je kunt dan een plasdagboek bijhouden; de bekkenfysiotherapeut kijkt dan samen met jou naar dit dagboek en geeft adviezen over plastechnieken. Om de zenuwen en spieren die bij het legen van je blaas betrokken zijn beter te laten functioneren, kunnen we met biofeedback werken. Een andere optie is elektrostimulatie . Afhankelijk van klachten binnen andere domeinen kunnen we voor het beste resultaat ook andere zorgdisciplines inzetten. Doe de test en neem eventueel contact op.

Terugkerende blaasontsteking (v)

Wat is het?

Een blaasontsteking of urineweginfectie is een infectie van de urinewegen die ontstaat als er teveel bacteriën in je plasbuis en in je blaas terechtkomen. Hierdoor raakt het slijmvlies van je blaas en/of urinebuis ontstoken. Deze klachten kunnen steeds terugkomen. We noemen dat dan een recidiverende urineweginfectie of blaasontsteking (cystitis). Blaasontstekingen kunnen verholpen worden met een antibioticakuur, maar te veel kuren zijn niet goed voor je lichaam. Meestal is niet duidelijk waarom iemand steeds opnieuw een blaasontsteking krijgt.

Soms kan een urineweginfectie overgaan in een nierbekkenontsteking. Dit ontstaat ontstaat meestal door een blaasontsteking die verwaarloosd is. Vanuit je blaas gaan de bacteriën via de urineleiders naar je nieren.

Klachten

Bij een blaasontsteking kun je verschillende klachten hebben. Zo moet je bijvoorbeeld vaker plassen, meestal maar kleine beetjes en je kunt aandrangsklachten hebben, ofwel het gevoel dat je steeds moet plassen. Vaak komen buikpijn en urineverlies voor, en je kunt bloed in je urine hebben. Je urine ruikt vaak ook vies. Bij een blaasontsteking heb je geen koorts, hooguit wat verhoging.

Oorzaken

Als je je blaas niet goed leeg kunt plassen, kunnen bacteriën in het restant urine zich sneller vermenigvuldigen. Oorzaken van niet goed kunnen leegplassen kunnen zijn: een verzakking, een slappe blaasspier en/of niet goed ontspannen van je bekkenbodemspieren tijdens het plassen. Je kunt ook klachten krijgen wanneer je ontlasting moeizaam komt of wanneer je je ontlasting de verkeerde kant op afveegt. Te schoon zijn, ofwel je vulva en vagina wassen met zeep, kan ook problemen opleveren. Vrouwen die seksueel actief zijn, hebben een hogere kans op urineweginfecties. Ook tijdens de overgang kunnen vrouwen gevoeliger zijn voor blaasontstekingen.

Hoe behandelen wij?

Wanneer je met terugkerende blaasontstekingsklachten bij ons expertisecentrum komt, stellen we een behandelplan op met de bekkenfysiotherapeut. De bekkenfysiotherapeut kan samen met jou kijken naar de problemen. Dit doen we op lokaal, regionaal en totaal niveau. Afhankelijk van klachten binnen andere domeinen kunnen we voor het beste resultaat ook andere zorgdisciplines inzetten. Doe de test en neem eventueel contact op.

Urineverlies (m)

Wat is het?

Bij urineverlies kun je je plas niet goed ophouden. Urineverlies is zeker geen typische vrouwenklacht! Verlies je urine bij activiteiten en inspanning, dan heet dat stressincontinentie. Verlies je urine wanneer je ineens sterke aandrang hebt om te plassen en je kunt de plas niet ophouden tot het toilet, dan heet dat urge incontinentie. Mannen kunnen ook veel last hebben van nadruppelen na het plassen. Dit is een veelvoorkomende klacht na toiletbezoek. Een combinatie van beide vormen van urineverlies noemen we gemengde incontinentie. Hoe vaak je urine verliest, kan wisselen van af en toe tot meerdere malen per week of per dag of zelfs ‘s nachts.

Veel mannen schamen zich ervoor of zijn bang dat anderen het ruiken. Het kan zijn dat je daardoor mensen gaat vermijden. Je blijft misschien liever thuis, in de buurt van een toilet. Dat is lastig als je naar je werk moet of wilt sporten of als je iets gezelligs wilt doen.

Oorzaken

Bij mannen kunnen plasklachten worden veroorzaakt door een goedaardige vergroting van de prostaat, zwakke blaasspieren of als complicatie van een operatie, bijvoorbeeld aan de prostaat. Een andere veelvoorkomende oorzaak van urineverlies is een niet goed functionerende bekkenbodem. Je bekkenbodem kan soms enorm belast worden, waardoor de functionaliteit van de spier verandert en je klachten krijgt. Het draait met de bekkenbodemspier allemaal om balans.

Nadruppelen wordt veroorzaakt door achtergebleven urine in de urinebuis. Ga je bewegen, dan loopt de urine uit de urinebuis in je onderbroek. Wanneer je te weinig drinkt, kan er ook obstipatie ontstaan. Deze ophoping van ontlasting kan druk geven op je bekkenbodem en blaas, waardoor je urine verliest. Chronisch hoesten zet ook druk op je blaas en onderbuikspieren waardoor ongewild urineverlies kan ontstaan.

Sommige medicijnen leiden tot urineverlies. Dat staat dan vermeld in de bijsluiter van het medicijn. Wanneer je blaas geïrriteerd is, bijvoorbeeld door een blaasontsteking of bestraling of je hebt een operatie in het kleine bekken gehad, kan er urge incontinentie ontstaan.

Ouderdom heeft ook invloed op klachten als urineverlies. Door vergeetachtigheid en dementie kun je de controle over je blaas en darmen kwijtraken. Bovendien kunnen vitale lichaamsfuncties verminderen naarmate je ouder wordt. Ziektes als een beroerte, Parkinson, multiple sclerosis, diabetes en dementie kunnen het zenuwstelsel aantasten en daardoor ook de signalen naar de blaas. Door schade aan je hersenen of je ruggenmerg kun je de controle over je blaas of darmen verliezen. Dit kan tijdelijk of permanent zijn, afhankelijk van de ernst van de aandoening.

Hoe behandelen wij?

Wanneer je met klachten van urineverlies in ons expertisecentrum komt, zal de bekkenfysiotherapeut onder andere kijken naar de bekkenregio, bekkenbodem en of je op andere plekken in je lichaam balansklachten hebt. Dit kan met functionele bekkenechografie . We kunnen met de MAPLe kijken naar je bekkenbodemfunctie en je dan oefeningen meegeven. Ook kunnen we samen kijken naar geschikt opvangmateriaal. Het plasdagboek kan ook veel inzicht geven. Afhankelijk van klachten binnen andere domeinen kunnen we voor het beste resultaat ook andere zorgdisciplines inzetten. Doe de test en neem eventueel contact op.

Urineverlies (v)

Wat is het?

Bij urineverlies kun je je plas niet goed ophouden. Verlies je urine bij activiteiten en inspanning, dan heet dat stressincontinentie. Verlies je urine wanneer je ineens sterke aandrang hebt om te plassen en je kunt de plas niet ophouden tot het toilet, dan heet dat urge incontinentie. Een combinatie van beide vormen van urineverlies noemen we gemengde incontinentie. Hoe vaak je urine verliest, kan wisselen van af en toe tot meerdere malen per week of per dag of zelfs ‘s nachts.

Veel vrouwen schamen zich ervoor of zijn bang dat anderen het ruiken. Het kan zijn dat je daardoor mensen gaat vermijden. Je blijft misschien liever thuis, in de buurt van een toilet. Dat is lastig als je naar je werk moet of wilt sporten of als je iets gezelligs wilt doen.

Oorzaken

Een veelvoorkomende oorzaak van urineverlies is een niet goed functionerende bekkenbodem. Je bekkenbodem kan soms enorm belast worden, waardoor de functionaliteit van de spier verandert en je klachten krijgt. Vaak wordt hieraan alleen gedacht bij zwangerschap en bevalling, maar ook wanneer je nooit zwanger bent geweest kun je last hebben van urineverlies. Het draait met de bekkenbodemspier allemaal om balans.

Wanneer de banden en spieren in je onderlichaam slapper worden, kan je baarmoeder of de binnenkant van je vagina uitzakken. Dan werkt de sluitspier van je blaas ook minder goed. Je kunt dan urine verliezen bij inspanning, stressincontinentie. Bij een urineweg- of blaasinfectie kun je ook urineverlies hebben. Wordt deze behandeld, dan zijn de klachten vaak weer over.

Te weinig drinken geeft een geconcentreerde urine, er zit dan verhoudingsgewijs meer afval in je urine. Hierdoor raakt je blaas geïrriteerd en kun je urineverlies krijgen.Wanneer je te weinig drinkt, kan er ook obstipatie ontstaan. Deze ophoping van ontlasting kan druk geven op je bekkenbodem en blaas, waardoor je urine verliest. Chronisch hoesten zet ook druk op je blaas en onderbuikspieren waardoor ongewild urineverlies kan ontstaan.

Sommige medicijnen leiden tot urineverlies. Dat staat dan vermeld in de bijsluiter van het medicijn. Wanneer je blaas geïrriteerd is, bijvoorbeeld door een blaasontsteking of bestraling of je hebt een operatie in het kleine bekken gehad, kan er urge incontinentie ontstaan.

Ouderdom heeft ook invloed op klachten als urineverlies. Door vergeetachtigheid en dementie kun je de controle over je blaas en darmen kwijtraken. Bovendien kunnen vitale lichaamsfuncties verminderen naarmate je ouder wordt. Ziektes als een beroerte, Parkinson, multiple sclerosis, diabetes en dementie kunnen het zenuwstelsel aantasten en daardoor ook de signalen naar de blaas. Door schade aan je hersenen of je ruggenmerg kun je de controle over je blaas of darmen verliezen. Dit kan tijdelijk of permanent zijn, afhankelijk van de ernst van de aandoening.

Hoe behandelen wij?

Wanneer je met klachten van urineverlies in ons expertisecentrum komt, zal de bekkenfysiotherapeut onder andere kijken naar de bekkenregio, bekkenbodem en of je op andere plekken in je lichaam balansklachten hebt. Dit kan met functionele bekkenechografie . We kunnen met de MAPLe kijken naar je bekkenbodemfunctie en je dan oefeningen meegeven. Ook kunnen we samen kijken naar geschikt opvangmateriaal. Het plasdagboek kan ook veel inzicht geven. Afhankelijk van klachten binnen andere domeinen kunnen we voor het beste resultaat ook andere zorgdisciplines inzetten. Doe de test en neem eventueel contact op.

Vaak plassen (m)

Wat is het?

Met vaak plassen bedoelen we meer plassen dan gewoonlijk. Dit kan zowel overdag als in de nacht vervelend zijn. Het komt bij zowel jonge als oudere mensen voor. Je blaas geeft te vaak een signaal van aandrang (urge) door. Hierdoor moet je ineens nodig plassen en/of ga je erg vaak naar de wc. Vaak zijn het kleine beetjes die je plast. Hoe vaak je op een dag plast, wordt in de medische wereld ook wel mictie (plas) frequentie genoemd. ’s Nachts vaak plassen wordt ook wel nycturie genoemd. Hoewel het op elke leeftijd kan ontstaan, komt ’s nachts vaak plassen vooral voor op oudere leeftijd.

Oorzaken

Er zijn verschillende mogelijke oorzaken. Bij een overactieve blaas heb je moeite met je plas ophouden bij aandrang en plas je vaak kleine beetjes. Je blaas geeft regelmatig een seintje dat de blaas vol is, terwijl dit niet het geval is. En soms krijg je juist niet op tijd een waarschuwing, waardoor je te weinig tijd hebt om naar de wc te gaan en te vroeg urine verliest. Een overactieve blaas gaat vaak gepaard met nycturie.

Bij een zwakke blaas kun je ook vaak moeten plassen en zijn de spieren in de blaaswand te zwak. Je kunt niet goed uitplassen, waardoor urine achterblijft in je blaas. Hierdoor plas je vaker kleine beetjes. Je herkent een zwakke blaas ook aan minder aandrang voelen, spontaan urineverlies en pijn bij het plassen.

Ook je prostaat kan een rol spelen. Vanaf de puberteit begint de prostaat te groeien. Na de puberteit blijft deze langzaam doorgroeien, waardoor elke man vroeg of laat te maken krijgt met een vergrote prostaat. Door de vergroting ontstaat er druk op je plasbuis waardoor plasklachten kunnen ontstaan, zoals vaak plassen, een zwakke urinestraal en een abnormale plasaandrang.
Verder kan je bekkenbodemspier een reden zijn van vaak plassen. Als deze spier onbewust wordt aangespannen, kan in je blaas aandrang ontstaan. Ook kunnen bepaalde medicijnen als bijwerking hebben dat je vaker gaat plassen.

Hoe behandelen wij?

Wanneer je met klachten van te vaak plassen bij ons expertisecentrum komt, stellen we een behandelplan op met de bekkenfysiotherapeut. Je kunt dan een plasdagboek bijhouden. De bekkenfysiotherapeut kijkt samen met jou naar dit dagboek en geeft adviezen over plastechnieken. Om de zenuwen en spieren die bij het legen van je blaas betrokken zijn beter te laten functioneren, kunnen we met biofeedback werken. Ook is elektrostimulatie een optie. Afhankelijk van klachten binnen andere domeinen kunnen we voor het beste resultaat ook andere zorgdisciplines inzetten. Doe de test en neem eventueel contact op.